De waarde van de Wob

WobDe Wob geeft iedere burger de kans om overheidsinformatie openbaar te laten maken. In een eerdere blogpost kwam ik tot de conclusie dat het voor de onderzoeksjournalistiek als breekijzer dient om de overheid mee te controleren. Hoe effectief is de Wob eigenlijk in de praktijk?

Lastig
In 2009 deed de VVOJ (Vereniging van Onderzoeksjournalisten) een onderzoek naar de ‘Wob in de journalistieke praktijk’. Het onderzoek is gedaan onder VVOJ-leden: zij zijn op diverse manieren verbonden aan de journalistiek. Een meerderheid onder hen is het helemaal niet eens (27%) en enigszins niet eens (30%) met de stelling dat de Wob een makkelijke procedure is. Je kunt daaruit opmaken dat de Wob-procedure als lastig wordt ervaren. ‘Dwarsliggend’ (27%) en ‘lijdelijk verzet plegend’ (25%), zo ervaren ondervraagden de medewerking van overheidsinstanties bij hun Wob-verzoek. Ook geeft bijna drie kwart (73%) aan dat Wob-verzoeken volgens hen niet snel behandeld worden. Uit een soortgelijk onderzoek van de NVJ (Nederlandse Vereniging voor Journalisten) in 2010 komt naar voren dat de gemiddelde Wob-wachttijd zes weken bedraagt.

Nieuwswaarde
Wanneer een bestuursorgaan een Wob-verzoek weigert, kan de indiener bezwaar maken. Volgens het onderzoek van de NVJ gebeurt dit maar weinig. In de helft van de gevallen is dat omdat de nieuwswaarde inmiddels verdwenen is. Een derde geeft aan dat bezwaar maken te veel tijd of moeite kost.

De moeite waard?
Is het Wobben dan allemaal de moeite waard? Jazeker. Uit het VVOJ-onderzoek blijkt dat  bij destijds gepubliceerde onderzoeken het Wobben voor 80% tot nieuwe informatie leidde. Daarnaast geeft 89% aan dat zij de via een Wob-verzoek verkregen informatie ook echt alleen via de Wob te pakken konden krijgen. Deze informatie bleef anders verborgen in overheidsdossiers.

Tip
De overheid publiceert de  Wob-verzoeken en besluiten daarover op haar eigen website. Leuk om eens in te grasduinen; het geeft een goed inzicht in de doorlopen procedure.

Geef een reactie